U bent hier
Orthotelia sparganella (Thunberg, 1788)
Het ei wordt afgelegd op de stengel van de waardplant.
De grijswitte rups heeft een bruine kop. Ze heeft ook brede roodachtige lengtelijnen. De prothoracale en anale plaat zijn geelbruin.
De rupsen maken kleine gangetjes in de bladeren en later ook in de stengels.
De rups verpopt in de stengel, meestal dicht tegen de grond.
- Net voor het verpoppen maakt de rups een gat in de stengel waar de buitenste cuticula nog net niet wordt kapotgebeten. Dit dient om het imago gemakkelijker uit de stengel te laten kruipen.
- Sparganium lijkt de belangrijkste waardplant.
- Deze soort wordt enkel opgemerkt in Vlaanderen. Ze werd nog nooit in Wallonië waargenomen.
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
Deze soort is vooral te vinden in Centraal-, West- en Noord-Europa. Ze ontbreekt nog in enkele Oost-Europese landen evenals in de meeste landen van het Balkan schiereiland, behalve dan in Griekenland. Ook in Spanje en op de meeste eilanden ontbreekt ze.
De motjes vliegen in één generatie in de maanden juli en augustus. De rupsen kan men vinden in mei en juni.