U bent hier
Coleophora maritimella Newman, 1873
De voorvleugels zijn licht okerkleurig met nauwelijks op te merken wittere lijntjes. De voelsprieten zijn geringd, meestal erg vaag. De spanwijdte is 9 mm - 11 mm.
Het eitje wordt afgezet op een bloempje van de waardplant.
De rups leeft in een zaaddeeltje van de waardplant. Zijn aanwezigheid is slecht te zien. Een gaatje in een zaadje duidt meestal zijn aanwezigheid aan. De verpopping gebeurt in mei of juni op de stengel van de plant.
- De naam zegt het al, "maritimella": het is een diertje dat bijna uitsluitend aan de kust voorkomt.
- Coleophora glaucicolella leeft op dezelfde waardplant en maakt dezelfde gaatjes in de zaden, maar ziet er als koker wel helemaal anders uit.
- Ook met de waardplant moet voorzichtig omgesprongen worden: Juncus gerardii vertoont bij gedroogde zaden weinig verschil met J. maritimus en heeft C. adjunctella als bewoner...
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
Enkel West-Europa, ook in Zweden en Denemarken en de Balkan.
De rupsen zijn te vinden van september tot mei, de imago's vliegen juli tot begin augustus.