U bent hier
Perittia herrichiella (Herrich-Schäffer, 1855)
De eieren worden individueel afgezet aan de onderkant van het blad. De eitjes hebben opvallende lengteribbels.
De rups is opvallend rood en is door de mijn heen goed zichtbaar.
De mijn start aan de bladrand en volgt die een kort stukje. De gang verbreedt op een bepaald moment tot een witachtige blaasmijn waarin het frass geconcentreerd bij elkaar ligt in een hoopje. De originele begingang wordt regelmatig overlopen door de blaasmijn, maar niet altijd. De mijnen liggen altijd aan de bladrand.
De rups verpopt in een bruine cocon die gesponnen wordt op de schors van de plant. Deze cocon is nagenoeg onvindbaar aangezien die dezelfde kleur heeft als de schors.
- Nieuw voor België gevonden door Ruben Meert in 2023.
Zowel in de provincie Namen en Luxemburg zijn mijnen van deze soort gevonden.
Deze soort komt in grote delen van Europa voor. Ontbreekt op het Iberisch Schiereiland, het Verenigd Koninkrijk, Nederland en Noorwegen. Ook nog geen data uit het Balkan-Schiereiland.
De rupsen zijn te vinden vanaf het eind van de maand juni tot midden augustus. Imago's kunnen gevonden worden in de buurt van de waardplanten in de maand mei en juni.
