You are here
Yponomeuta sedella Treitschke, 1832
De grijs-witgele rups heeft een aantal dorsale zwarte vlekken; dorsaal is ook een grijze lengtelijn te zien .De kop is geelachtig.
De jonge rupsen maken verschillende smalle gangetjes die door het blad kronkelen. Later leven de rupsen in een gezamelijk spinsel.
De bruine pop ligt in een cocon die gesponnen wordt tussen bladeren of ander materiaal op de grond.
- Deze soort maakt net zoals de andere Yponomeuta's een spinsel waarin ze met verschillende rupsen tegelijk aanwezig kunnen zijn.
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
Deze soort komt al in heel wat landen voor maar ontbreekt toch nog in Portugal, Ierland en grote delen van het Balkan schiereiland.
De motjes vliegen in twee generaties per jaar van eind april tot in mei en terug van juli tot augusutus. Rupsen kunnen gevonden worden in juni en juli en in september en oktober.