You are here

Home
www.bladmineerders.be: 

Ectoedemia subbimaculella (Haworth, 1828)

Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Familie: 
Synoniemen: 
= curiosella (Zeller, 1848)
Soort mijn: 
Ei: 

Het eitje wordt aan de bovenzijde van het blad afgelegd net naast de hoofdnerf of een zware zijnerf.

Rups: 

Heldere witachtige larve met donkerbruine kop en prothoracale plaat. De larve ligt met de buikzijde naar boven gericht in de mijn.

Mijn: 

Van aan het ei start een smalle gang die bijna volledig is gevuld met frass en die net naast de hoofdnerf of een zware zijnerf loopt. Opeens veranderd de rups van richting om een vierkantige blaasmijn te maken waar ze in de onderepidermis een halve-maan vormige uitsnede maakt waar een groot gedeelte van het frass wordt naar buiten gewerkt (goed te zien op foto 2 en 3).
Er zijn een aantal soorten rupsen van mineerders die in het najaar hun mijnen pas maken, dit is ongeveer op het moment dat de bladeren aan de bomen beginnen te verkleuren door de herfst. Deze rupsen scheiden in hun mijn cytokininen (plantenhormonen) af die het verouderingsproces van het omringende bladweefsel tegengaan zodanig blijft er een groen eiland rondom de mijn achter waar de rups zich nog enkele dagen/weken mee kan voeden.

Cocon/pop: 

De cocon is bleek tot roodbruin.

Opmerkingen: 
  • Er zijn op eik 3 soorten Ectoedemia's die gelijkaardige mijnen maken, met rups erin zijn deze mijnen makkelijk te determineren (zie foto 1 drieluik).
  • Een gewone soort die overal in België kan worden waargenomen.
  1. Ectoedemia albifasciella  =  Rups: lichtbruine kop.
  2. Ectoedemia heringi  =  Rups: donkerbruine kop.
  3. Ectoedemia subbimaculella  =  De rups heeft ook een donkerbruine kop maar deze bladmijn heeft een snede in de onderepidermis wat de andere niet hebben.
  • Ook zijn deze mijnen gemakkelijk te vinden in het najaar in groene eilanden in de afgevallen bladeren.
  • De hoofdvoedselplant is eik maar incidenteel komt ze ook voor op tamme kastanje, in 2012 is deze soort in Nederland door Ben van As en Jan Scheffers zelfs op berk gevonden. In 2013 ook op Amerikaanse eik vastgesteld in de provincie Limburg. (zie foto's)
Waardplanten: 
Quercus petraea
Wintereik
Quercus pubescens
Donzige eik
Quercus robur
Zomereik
Quercus rubra
Amerikaanse eik
Verspreiding België: 

Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.

Verspreiding algemeen: 

Deze soort komt overal in Europa voor tot zelfs in Turkije en Tunesië. (verspreidingskaart)

Levenscyclus: 

De motjes vliegen in één generatie van juni tot juli. Minerende rupsen kunnen gevonden worden van eind september tot november.

Foto's imago: 
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Foto's mijn: 
drieluik heringi - subbimaculella - albifasciella ©Steve Wullaert
Ectoedemia subbimaculella Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot
Ectoedemia subbimaculella - Gespleten eikenblaasmijnmot