You are here
Mompha lacteella (Stephens, 1834)
De kleur van de rups varieert van purper-bruin tot geel-roze, ze heeft een zwarte kop. De prothoracale plaat is zwart en de anale plaat en de borstpoten zijn donkergrijs.
Mijnen van deze soort zijn te vinden in het vroege voorjaar, dan maken de rupsen in de onderste bladeren grote blaasmijnen waarin het frass in dikke korrels ligt.
De rups verpopt in een harde crème-kleurige cocon in de mijn of in de grond.
- Mijnen van deze soort zijn niet te onderscheiden van die van Mompha propinquella.
- Van deze zeer zeldzame soort zijn enkel oude waarnemingen bekend uit België uit Antwerpen en Namen. Geen recente waarnemingen bekend, uitgestorven?
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
Deze soort ontbreekt in Nederland en Luxemburg. Maar ook op de meeste eilanden en delen van Noordoost-Europa en enkele landen gelegen aan de Adriatische en Ionische Zee.
De motjes vliegen in de maand mei tot juli. Minerende rupsen zijn vroeg in het voorjaar te vinden in de maand maart en april.