You are here
Mompha epilobiella ([Denis & Schiffermüller], 1775)
De bleekgele rups heeft een zwarte kop. De prothoracale plaat en de borstpoten zijn donkergrijs; de anale plaat is bruin-grijs.
Het is niet geheel zeker dat jonge rupsen minerende activiteiten vertonen. De mijn is niet beschreven. Oudere rupsen leven tussen samengesponnen bovenste bladeren.
De rups verpopt in een witte cocon, de pop zelf is zwart.
- Het is niet helemaal zeker of de jonge rupsen mineren.
- Ook op Oenothera sp. (Teunisbloem).
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
Deze soort komt bijna overal in Europa voor behalve op de meeste eilanden en op enkele landen gelegen aan de Adriatische kust.
De motjes vliegen in twee generaties het hele jaar door, maar het meest worden imago's waargenomen in de maand juli en augustus. Ze overwinteren als imago. Rupsen kunnen gevonden worden van midden mei tot juni en dan terug van in juli tot begin augustus.