You are here
Phyllonorycter cavella (Zeller, 1846)
De rups is egaal geel tot geelbruin en ze heeft een lichtbruine kop. Deze rups heeft geen dorsale oranjegele vlek die P. ulmifoliella wel heeft.
Een relatief grote vouwmijn aan de onderkant van het blad. Het blad wordt sterk geplooid.
De rups spint een witte cocon in de mijn waarin ze nadien verpopt en in overwintert.
- Lokaal en erg zeldzaam, al lange tijd niet meer uit België gemeld.
- één waarneming uit Namen van 2011 werd onlangs bevestigd door Willem Ellis.
Enkel oude meldingen uit Antwerpen, Brabant, Luik en Luxemburg. Wel nog één recentere (2019) waarneming uit de provincie Namen.
Palaearctisch: Europa, behalve het uiterste westen (Ierland) en zuiden (Iberisch schierieland en Balkan), vermeld uit Japan, Oekraïne en Siberië (http://www.gracillariidae.net/species_by_code/PHYLCAVE). Nog niet waargenomen in GD Luxembourg.
Rupsen zijn te vinden vanaf augustus tot eind oktober.