You are here
Coleophora follicularis (Vallot, 1802)
Koninginnekruidkokermot
Familie:
Synoniemen:
= derivatella Zeller, 1849
= inulifolia Benander, 1939;
= lineariella sensu Bruand, 1855;
= otidipennella (Hübner, 1817);
= ramosella sensu De Fré, 1860, nec Zeller, 1839;
= troglodytella (Duponchel, 1843)
Soort mijn:
Imago:
De voorvleugels zijn lichtbruin tot crémekleurig met tal van witte lengtelijntjes, de sprieten zijn wit en lichtbruin geringd. Het imago heeft een spanwijdte van 13 mm- 16 mm.
Ei:
Het ei wordt afgezet aan de onderkant van de bladeren van de voedselplant.
Rups:
Koker:
De rups leeft in een buisvormige driekleppige zijden koker van 10 mm. Deze is geelbruin. De mondhoek is ongeveer 30°.
Mijn:
De rups maakt tal van kleine mijntjes.
Opmerkingen:
- Deze soort leeft op tal van waardplanten, toch zijn: Eupatorium cannabinum (koninginnekruid) en Pulicaria dysenterica (Heelblaadje) de voornaamste!
Waardplanten:
Achillea millefolium
Duizendblad
Anthemis arvensis
Valse kamille
Carduus acanthoides
Langstekelige distel
Carduus crispus
Kruldistel
Carduus nutans
Knikkende distel
Carduus tenuiflorus
Tengere distel
Cirsium vulgare
Speerdistel
Eupatorium cannabinum
Koninginnekruid
Inula britannica
Engelse alant
Inula conyzae
Donderkruid
Leucanthemum vulgare
Gewone margriet
Pulicaria dysenterica
Heelblaadjes
Tanacetum vulgare
Boerenwormkruid
Verspreiding België:
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
Verspreiding algemeen:
De soort is in heel Europa te vinden.
Levenscyclus:
De rupsen zijn volgroeid in april of mei. De rupsen overwinteren in de kokers en eten verder in de lente. De imago's zijn te vinden van midden juni tot begin augustus.
Foto's imago:
Foto's mijn:
Foto's koker:
