You are here
Coleophora peribenanderi Toll, 1943
De okergele voorvleugels hebben duidelijke witachtige lijntjes. De voorrandslijn gaat tot 5/8 van de voorvleugel. De antennes zijn op de bovenzijde geringd van 2/3 tot 3/4. De spanwijdte is 13,5 mm - 17 mm.
Het eitje wordt afgezet onderaan een blad van de waardplant.
De rups leeft in een vrij grote driekleppige koker tot 17 mm. Deze is geelbruin tot lichtgrijs en is erg slank. De mondhoek is 50°.
Er worden zeer veel kleine vlekmijntjes gemaakt.
De verpopping gebeurt laag tegen de grond.
- De kokers zitten altijd aan de onderzijde van de bladeren en hun aanwezigheid is duidelijk vast te stellen: enerzijds door het grote aantal duidelijke vlekmijntjes anderzijds door de grootte van de kokers, je ziet ze op ruime afstand hangen.
- Cirsium arvense, Akkerdistel is de voornaamste waardplant.
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
In heel Europa behalve het Noord-oosten.
De rupsen zijn volgroeid in september of oktober en eten na de winter niet meer verder. De vliegtijd begint eind juni en gaat tot begin augustus.