You are here
Coleophora niveicostella Zeller, 1839
De voorvleugels zijn okerkleurig met een zeer duidelijke contrasterende witte voorrandlijn tot 2/3 van de top. Deze voorrandlijn is de enige lengtelijn! De spanwijdte bedraagt 11 mm - 13 mm.
De rups leeft in een tweekleppige schedekoker van 7 mm - 8 mm. Deze is slank en bruinzwart. De mondhoek is 30°.
De rups maakt kleine mijntjes, de blaadjes verkleuren niet en vallen snel af. Daardoor is de aanwezigheid erg slecht merkbaar.
De verpopping gebeurt in een samengesponnen groepje blaadjes van de waardplant.
- De larve maakt in feite een ingewikkeld proces bij het vervaardigen van de kokers, zie Coleophora niveicostella op de site van Willem Ellis.
- De larven zelf kunnen verward worden met die van C. albitarsella (zie dezelfde link hierboven).
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
Heel Europa behalve het oosten.
De larven zijn midden juni volgroeid. De imago's vliegen van einde juni tot augustus.