You are here
Coleophora limoniella (Stainton, 1884)
De ietwat sikkelvormige voorvleugels zijn oranje-okerkleurig zonder dat de apex verdonkerd is. Er zijn drie zilverachtige lengtelijnen vanuit de basis van de vleugel. De spanwijdte bedraagt 10 mm - 11 mm.
Het eitje wordt afgezet op een bloempje van de waardplant.
De rups leeft in een zaaddoosje op de zaden van de waardplant: Limonium vulgare, Lamsoor. Meestal staat dit kokertje haaks op de andere zaden en verraad daardoor zijn aanwezigheid. Ook de kleine vraatgaatjes in de zaden verraden mogelijke kokertjes. De rups kruipt voor de winter in de stengel en sluit de opening af met wat zijden spinsel. Het kokertje blijft daar zitten, maar kan door het winterweer weggespoeld worden. Het kokertje is 5 mm - 8 mm, de mondhoek is ongeveer 90°.
- Gezien de waardplant leeft deze soort enkel aan de kust.
- De soort is een zaadeter.
Info omtrent de verspreiding op Catalogue of the Lepidoptera of Belgium.
Enkel bekend uit West- en Zuid-Europa, ook uit Slovakijë en Griekenland.
De rupsen en dus ook de kokers zijn te vinden van september tot mei. De meeste rupsen overwinteren echter in de stengel van de plant. De koker wordt op die plaats achtergelaten. Maar is daar meestal na de winter niet meer te vinden omdat de koker weggespoeld is door de weersomstandigheden.. De vliegtijd begint vroeg in juli en gaat tot eind augutus.
