You are here
Zimmermannia liebwerdella
De langgerekte gele rups heeft een bruine kop. De ventrale platen zijn afwezig.
De rups leeft in een oppervlakkige gang in de gladde schors van Beuk. Meestal op de stam of een dikkere tak. De gang verloopt vrij kronkelig en verwijdt licht naar het einde toe. Regelmatig meerdere mijnen op één boom. De mijnen zijn ook meestal te vinden aan de zon beschenen kant.
De rups verpopt buiten de mijn in een roestbruine cocon.
- Voor het eerst ontdekt in de provincie Luik in 2020.
- De kans bestaat dat deze soort ook op eik mineert.
- De soort prefereert open beukenbossen met jonge bomen. Kijk vooral aan de kant waar de zon de schors kan beschijnen. Alleen te vinden op bomen met een gladde schors.
Voorlopig alleen in de provincie Luik, Luxemburg en Limburg gevonden.
Bijna geheel Europa, ontbreekt wel nog in Groot-Brittannië, Zweden, Finland en Denemarken, maar ook nog in grote delen van het Balkan-Schiereiland en in de Baltische Staten.
De rups heeft een twee jarige cyclus. De rups voedt zich voor twee zomers en overwintert twee keer om dan te gaan verpoppen in de maand mei tot juli. Een éénjarige cyclus is mogelijk afhankelijk van het plaatselijke klimaat.